Laodicea vandaag,

Een gezegend Nieuwjaar toegewenst. Een jaar ligt er weer voor ons, waarin wij waarschijnlijk weer vele tekenen zullen zien die ons brandend verlangen naar de komst van Christus in heerlijkheid zullen versterken.
Wij zijn een wachtend volk, bewust of onbewust. De meeste gelovigen denken dat de wederkomst van de Heer, omringd door Zijn heilige engelen, het laatste is in de wereldgeschiedenis ‘om een iegelijk te vergelden naar zijn werk.’ ‘Ik ben de Alfa en de Omega, het begin en het einde, de eerste en de laatste!’ En daar is ook alle reden voor, want de Heilige Schrift meldt dit ook. Tot Kajafas en de Joodse Raad sprak de Heer het aangrijpende woord: ‘Van nu aan zult gij zien de Zoon des mensen, zittende ter rechterhand der kracht Gods, en komende op de wolken des hemels.’ En de beide mannen in blinkende klederen op de Olijfberg bezigden soortgelijke woorden in hun toespraak tot de apostelen: ‘Gij, Galileese mannen! Wat staat gij en ziet op naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is in de hemel, zal alzo komen, gelijkerwijs gij Hem naar de hemel hebt zien heen varen.’
Niettemin geeft het woord ‘wederkomst’ zoals door de meeste gelovigen opgevat, niet slechts een enkel moment aan van het omvangrijke werk dat de Heiland na Zijn verschijning in glorie op aarde zal verrichten. Namelijk het moment van Zijn nederdaling uit de hemel der heerlijkheid aan het einde der tijden. Immers de Bijbel spreekt ook over de toekomst des Heren, of met een oorspronkelijk woord dat ook in onze gewijde taal bekendheid heeft gekregen, van Zijn parousia. En wat dit betekent moeten wij weten. Ja, het is van belang om te weten wat het Nieuwe Testament verstaat onder de toekomst en de verschijning van Christus.
Allereerst komt Christus geestelijk in de Heilige Waterdoop om de dopeling in Zich op te nemen (Gal.3:26-27), om met Christus één lichaam te worden, om met de Vader, door de Heilige Geest in de gezalfde of verzegelde in te wonen. Ja, Christus komt ook geestelijk weder tot een afgedwaalde ziel en kerk om weer woning daarin te maken, zoals tijdens de hervorming. Maar Christus komt ook geestelijk, in en door Zijn getuigenlichaam, de kerk, door de ambten en gaven van de Heilige Geest. Wie hen hoort, hoort Christus. Al deze geestelijke wederkomsten van Christus zijn de vervulling van Zijn belofte bij Zijn ten hemel varen: ‘Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld.’
Er wordt in de Bijbel ook nog van vijf andere wederkomsten van de Heer gesproken, te weten: Alleen voor Zijn eerstelingen, tot opneming van Zijn getuigen bestaande uit levenden en ontslapenen. Verder zichtbaar voor de wereld ten oordeel over de anti-christelijke aarde. Vervolgens met de Zijnen als een lichaam om de oude slang te binden. Als vierde tot vorming van Zijn rijk, het nieuwe Jeruzalem. En tenslotte tot het laatste oordeel, duizend jaren later. Voor ons is de eerste wederkomst van het allergrootste belang. Want de eerste wederkomst van de Heer is die waarbij Hij Zijn bruidsgemeente tot Zich komt nemen, en zij Hem tegemoet gaat in de lucht. Volgens Openbaring 11:12 is de Heer voor de overige gelovigen daarbij onzichtbaar in de wolk, daar de vijanden wel de getuigen zien opvaren, maar niet de Heer aanschouwen. De Schrift noemt deze komst van de Heer Zijn Parousia, Zijn komst of toekomst. Het woord geeft eigenlijk te kennen een komen en aanwezig blijven. De belofte zal dan vervuld zijn dat Hij nooit meer van hen zal scheiden. De Zijnen zullen dan altijd met de Heer zijn. Maar ook de tweede wederkomst van de Heiland is van groot belang. Want deze komst is die ten oordeel over het antichristelijk rijk en wordt in de Schrift genoemd Zijn Epifanie of verschijning omdat Hij dan ook zictbaar voor de wereld zal verschijnen. En deze twee wederkomsten van de Zaligmaker, dus de Parousia, een komen en blijven, welke uitloopt en eindigt in de algemene verschijning, of wel Epifanie, dus de onzichtbare en zichtbare verschijning, vormen één geheel als de toekomst des Heren. Voor de Apostolische gemeente van de eerste tijd was het aanvangspunt van die toekomst vooral wenselijk omdat zij daarmee de opstanding van de ontslapenen en de verandering van de levende gelovigen verwachtte, om altijd bij de Heer te zijn. Dit aanvangspunt was dus voor haar in het bijzonder de toekomst en met de opneming van de bruidsgemeente begint voor haar reeds de verschijning van de Heer. Het was haar vurigst verlangen want de oudste gemeenten waren ontegenzeggelijk op de Parousia ingesteld. En zo ook wij. Maranatha.