Laodicea vandaag,

Er is een tijd geweest dat men dacht dat de aarde opgebouwd was uit de elementen water, aarde, lucht en vuur. Deze gedachte is pas verdwenen toen men weet kreeg van moleculen en atomen, waaruit alle ‘stof’ is opgebouwd. We vinden het woord ‘elementen’ in de Bijbel terug, waar het Griekse ‘stoichea’ wordt gebruikt. Bijvoorbeeld de brief aan de Colossenzen (en aan Laodicea) wordt in de Naardense vertaling ‘Kijkt uit dat er niet iemand zal zijn die u meesleept door zijn filosofie en hol bedrog overeenkomstig de overlevering van de mensen, overeenkomstig de elementen van de wereld en niet overeenkomstig Christus’ (2:8). De SV vertaalt hier ‘de eerste beginselen der wereld’ en de NBG ‘wereldgeesten’. In 2Pet.3:10 vinden we ‘Maar de dag des Heren zal komen als een dief. Op die dag zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen (stoichea) door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden.’

Wat zijn nu die elementen of eerste beginselen, dan wel wereldgeesten? Die vraag is nog niet zo makkelijk te beantwoorden. Uit Gal.4:3,9 kunnen we vaststellen dat apostel Paulus verwijst naar het leven onder de wet, die een tuchtmeester tot Christus was, maar de mens zaken oplegde die men niet houden kon en de mens tot slavernij bracht (Gal.2:4). De apostel waarschuwt in zijn Galatenbrief dat de christelijke vrijheid wordt opgegeven, als men zich richt tot de eerste beginselen, het abc van de wereld.

De Duitse herder en Bijbelvertaler Ludwig Albrecht becommentarieert: ‘Zijn hier onder de geestesmachten (zoals hij stoichea vertaalt) misschien in eerste instantie de engelen te verstaan die bij de wetgeving op de Sinaï actief waren (Gal.3:19; Hebr.2:2; Han.7:38,53)? De valse leraren in Colosse wilden toch de gelovigen tot de wet terugbrengen en beweerden misschien daarom dat ze bijzondere openbaringen ontvangen hadden van die engelen door wie de wet gegeven was.’

Hoe het ook zij, we moeten vaststellen dat velen de kerk verlaten in deze tijd, vooral jongeren, die zich weer aan de slavernij van de wereld gaan overgeven. ‘Wij weten, dat (…) de gehele wereld in het boze ligt,’ leert Johannes in 1Joh.5:19. Het is de reden dat de Heer Jezus Zijn Vader vraagt: ‘Ik bid niet, dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart voor de boze’ (Joh.17:15). En laat die boze nu ook de overste van deze wereld genoemd worden (Joh.12:31, 14:30) en leider zijn van vele valse geesten die de wereld ingegaan zijn om mensen te verleiden (1Joh.4:1)!

‘Ook u, hoewel gij dood waart door uw overtredingen en zonden, waarin gij vroeger gewandeld hebt overeenkomstig de loop dezer wereld, overeenkomstig de overste van de macht der lucht, van de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid’ (Ef.2:2) heeft ons allen, ‘hoewel wij dood waren door de overtredingen, mede levend gemaakt met Christus, (door genade zijt gij behouden) en mede opgewekt en ons mede een plaats gegeven in de hemelse gewesten, in Christus Jezus’ (Ef.2:6). Dat geldt dus voor degenen die zich niet plaatsen onder de wereldgeesten, maar vasthouden aan Christus, voor een ieder die dat wil aannemen, gekruisigd, maar ten derde dage opgestaan, als Eersteling. We kunnen niet op eigen kracht de wereld overwinnen, maar moeten ons vasthouden aan Christus Jezus en ons laten leiden door Zijn Geest. Als we ons maar bewust zijn van het feit dat we leven in een wereld die in het boze ligt met al haar verleidingen en verzoekingen. Daarom is het dat we bidden en waken moeten, opdat we niet vallen.

Onze vijanden zijn het vlees, de wereld en de boze machten in de hemelse gewesten, de wereldgeesten die ons bedreigen. ‘In de wereld lijdt gij verdrukking, maar houdt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen,’ zegt de Heer in Joh.16:33. Op welke manier? Petrus legt het uit: ‘hoedanig behoort gij dan te zijn in heilige wandel en godsvrucht, vol verwachting u spoedende naar de komst van de dag Gods, ter wille waarvan de hemelen brandende zullen vergaan en de elementen in vuur zullen wegsmelten’ (2Pet.3:11b,12).